Lanterfanters, hemelbestormers en titaantjes in het teksttheater van Hof van Eede (DE HOE)
Met DE HOE heeft het theaterlandschap onlangs nieuw bloed gekregen. Nu ja, nieuw: het ensemble is een fusie van Compagnie De KOE, ruim dertig jaar actief, en het twintig jaar jongere Hof van Eede. Dat laatste gezelschap staat garant voor literair-filosofisch teksttheater dat de twijfel én de humor niet schuwt. Nu met Vechtstuk de laatste echte Hof van Eede-voorstelling te zien is, onderzoekt Liesbeth D’Hoker hoe deze theatermakers er altijd in geslaagd zijn de toeschouwer met heel wat denkwerk naar huis te sturen. En waar gaat Hof van Eede naartoe in de fusie met De Koe tot DE HOE?
Compagnie De Koe, het gezelschap rond Natali Broods, Peter van den Eede en Willem de Wolf versmolt in 2022 met het jongere Hof van Eede tot DE HOE (Het Onaf Ensemble). Ans en Louise Van den Eede (dochters van) richtten Hof van Eede in 2011 op en Wannes Gyselinck (partner van Ans) vervolledigde kort nadien de rangen. In die constellatie bouwden ze het afgelopen decennium een intrigerend oeuvre uit, dat telkens weer wist te verrassen met gelaagd maatschappijkritisch theater. Waar het nu met deze frisse wind uit het theater naartoe gaat? De bouwstenen voor de toekomst zijn te vinden in de brokstukken van het verleden, dus is een terugblik op zijn plaats.
Of het nu om een dialoog, een groter ensemblestuk of muziektheater gaat, Hof van Eede-voorstellingen vertrekken steeds van een kwalitatieve zelfgeschreven tekst met een filosofisch-literaire insteek. Het gezelschap deelt de voorkeur voor een eenvoudige enscenering, spontane speelstijl en liefde voor tekst met hun symbiosepartner, maar onderscheidt zich ook van hen.
De insteek van De HOE is tegelijk tragisch en komisch, het effect steeds indringend
De maatschappijkritische vuist lijkt bij Hof van Eede sterker gebald, de ideologische positie vetter aangezet. Hun voorstellingen vormen een meerstemmig onderzoek van grote hedendaagse problematieken zoals existentiële eenzaamheid, rouw, migratie, klimaat, de impact van de meritocratie op kleine levens, etc. Die benaderen ze zowel met diepe ernst als met humor, de insteek is tegelijk tragisch en komisch, het effect steeds indringend. Daardoor beleef je een Hof van Eede-voorstelling niet louter als toeschouwer in het moment zelf, maar neem je de beleving ook mee naar huis, nog nakauwend op diverse prangende kwesties die om een bewuste beschouwing vragen.
Koppel-stuk
In het seizoen 22-23 toeren Ans Van den Eede en Greg Timmermans met de laatste echte Hof van Eede-voorstelling, Vechtstuk (2021), een snedige dialoog tussen een hij en een zij. Beide acteurs brachten in Hof van Eedes debuutvoorstelling Waar het met de wereld naartoe gaat, daar gaan wij naartoe (2011) een gelijkaardige dialoog. We ontmoeten het stel nu, tien jaar later, met getrokken messen gestrand op het keukeneiland van hun relatie. Sterker nog dan destijds zie je de zinderende chemie tussen deze geweldige acteurs. In de ironische blikken die tussen beiden heen en weer flitsen, vang je als toeschouwer slechts een glimp van een gedeeld verleden op. Omdat de energie tussen deze spelers op het podium zo sterk knettert en vonkt, zet die zich moeiteloos over op de zaal. De tekst van dit huwelijksdrama, geschreven door het koppel Ans Van den Eede en Wannes Gyselinck, roept door zijn humor, tragiek en confronterende herkenbaarheid onvermijdelijk herinneringen op aan een klassieker als Who’s Afraid of Virginia Woolf.
© Koen Broos
Uiteraard betreft het een eigentijdse theatervorm waarbij men zich hyperbewust is van het eigen medium. Typische voorbeelden zijn het uitgestelde begin, of zich verontschuldigen aan het begin tegenover het publiek dat men nog niet begonnen is en zogenaamd pas beginnen als het stuk al begonnen is. De spelers hebben het over de dramatische middelen zelf én beschouwen de werking ervan op het publiek, soms zelfs in interactie met dat publiek. Ze reflecteren expliciet over de verhouding tussen speler en publiek en de mogelijke manieren waarop je drama vormgeeft: waarom is afstand nodig, wanneer wordt iets kitsch? In Het Weiss-effect (2014) horen we bijvoorbeeld: “Houd eens wat afstand. En verbind u door te kijken. Zonder afstand ziet ge niets./ Als ge er met uw neus op zit, is alles wazig.”
De aandacht voor “het hoe”, het wankelende zoeken op zich, is steevast onderdeel van de voorstelling, en niet als improvisatie maar werkelijk vastgelegd in een script waar niet van afgeweken wordt, zoals in Salon Secret (2018): “Is dat de cue voor de muziek? / Nee, nee, nee / Ja, maar dat was hier toch die cue?”
Doordat de acteurs onderbreken, ingrijpen, het spel stilleggen om het te becommentariëren, met de technici overleggen of hun twijfels over de acteerprestaties van de ander uiten, lijkt het alsof het publiek getuige is van een repetitieproces. Tegelijk krijg je met deze dramaturgische beschouwing al een voorzet voor het gesprek achteraf. Ook binnen de voorstelling zelf is er met andere woorden sprake van verbinding tussen de verschillende stadia: voorbereiding, spel, reflectie. DE HOE past die techniek ook toe in hun recente podcastreeks Radio Insomnia (2022) en wil de dialoog met het publiek nog verder uitbouwen door naast voorstellingen onder meer lezingen te organiseren.
De aandacht voor ‘het hoe’, het wankelende zoeken op zich, is steevast onderdeel van de voorstelling
De acteurs zijn behalve spelers ook makers. Hoewel de samenwerkingen variëren, valt op dat Ans Van den Eede en Wannes Gyselinck centrale stemmen in het schrijfproces zijn. Hof van Eede ademt kunst en literatuur en geeft op het podium uiting aan die liefde zowel in hun materiaalkeuze als door die liefde gloedvol te verkondigen. Gemeend, maar ook grappig is deze vrij letterlijke invulling van het idee dat kunst je wereldbeeld beïnvloedt: “Het heeft bijvoorbeeld ook heel lang geduurd voordat ik een tankstation mooi vond./ ’t Is pas sinds ik Edward Hopper heb leren kennen, dat elke keer als ik ga tanken, het lijkt alsof ik in een schilderij sta te tanken.” (Het Weiss-effect)
Hof van Eede staat voor een liefdevolle interactie met een rijke cultuurgeschiedenis: poëzie van Rilke en Nijhoff, verhalen van Diderot, Nescio, J.D. Salinger, Robert Walser en David Foster Wallace, denkers als Wittgenstein, Adorno, maar ook de hedendaagse stemmen van Mark Fisher en Rebecca Solnit of de muziek van Mahler, Schubert… Die interactie is voor hen een vorm van wederkerigheid. Het komt eropaan de grote voorbeelden niet alleen te ondergaan, maar ze diep te laten doordringen tot je wezen door er actief en liefdevol mee aan de slag gaan. Of zoals het klinkt in Het Weiss-effect: “(…) alle smaken moeten samenkomen om te kunnen veranderen van smaak.” Zeker, deze wens om mee te schrijven aan een meerstemmige partituur is al van bij het begin aanwezig, maar krijgt meer textuur en diepgang vanaf Het Weiss-effect
(2014).
Houden van is onthouden.
We kennen de woorden uit ons hoofd,
gekerfd in de stam van de lariks,
richten ze zich op.
Oprijzende standbeelden die dood lijken
maar leven geven.
Hof van Eede-stukken blijven door hun ideeënrijkdom ook als literaire tekst overeind. De recentste publicaties, die verschenen bij de Nieuwe Toneelbibliotheek, zijn bovendien voorzien van een bronvermelding, wat weer bijdraagt aan die open geest van verbinding. Ook op dit aspect wil DE HOE nog sterker inzetten door het publiek een inkijk te geven in het maakproces, hen de tekst al te laten lezen als de inkt nog nat is.
Hof van Eede staat voor een liefdevolle interactie met een rijke cultuurgeschiedenis
Het bevel “Verbind u!” (uit Het Weiss-effect) betekent ook verbinding zoeken met andere gezelschappen, zoals met het Arsenaal/Lazarus uit Mechelen in de voorstelling Salon Secret (2018), of met andere artistieke disciplines. Verbinding zorgt voor dynamiek. In het sfeervolle Paradis (2015), een creatie samen met LOD muziektheater uit Gent, zetten ze structureel een volgende stap. Die voorstelling is geconcipieerd op basis van foto’s uit een familiealbum en heeft een fragmentarisch karakter. Toch weet Hof van Eede dit fragmentarische nu ook als een vanzelfsprekend geheel te presenteren. In de daaropvolgende voorstellingen slaagt Hof van Eede erin dat organische karakter te bewaren en zelfs te versterken. In Vanish Beach (2017) bijvoorbeeld, de zeer geslaagde voorstelling over de verscheurde identiteit van de uit nazi-Duitsland gevluchte intelligentsia, staat Hendrik Lasure behalve als muzikant en componist ook als acteur op het podium, hij kruipt er in de huid van Arnold Schönberg en dat “klopt” gevoelsmatig.
Hotel Abgrund
Vanish Beach toont de tragiek van de balling aan de hand van bekende figuren – Thomas Mann, Alma Mahler, Theodor Adorno – die door de oorlogsdreiging het thuisland onverhoeds moesten verlaten en aan de zonovergoten westkust van de Verenigde Staten worstelen met heimwee, een verwrongen identiteit en de verwachtingen van de nieuwe thuishaven: zijn deze emigré(e)s te Europees om in Amerika te aarden? In de scenografie zien we de vluchtelingen steeds dichter naar de afgrond schuiven.
Hof van Eede belicht wel vaker de kwetsbare mens, waardoor hun stukken, steeds geschraagd op een intellectueel discours, ook recht naar het hart gaan. De rouw van de ballingen echoot in de huidige crises van migratiestromen door oorlog en klimaatverwoesting. Hoewel die rouw voor de buitenstaander een groepsgebeuren lijkt, tekenen zich onderling sterke verschillen af. Dat individuele vormgeven van rouw staat centraal in Paradis,
waar een onverwacht verlies van een kind een gezin verscheurt. De voorstelling verzamelt pogingen om een intiem muzikaal rouwalbum te maken, drijvend op de gedachte dat we naar verhalen grijpen om vat op het onvatbare te krijgen. Iedereen rouwt alleen, maar ondanks de ondeelbaarheid van verdriet blijkt kunst toch in staat er uitdrukking aan te geven en biedt ze in zekere zin zelfs troost door de vraag “hoe gaat het nu met u?” te stellen, “de vraag waardoor uw hart opengaat maar ook de wonde.”
© Michiel Hendryckx
Al bij de lanterfanters en hemelbestormers van het prille begin lag de focus op existentiële thema’s. De vroege stukken belichten de druk van verwachtingen; er wordt van de nieuwe generatie iets radicaals verwacht en dat moet vooral nu, nu, nu gebeuren, anders missen ze het moment, anders vallen ze buiten het gebeuren. Hof van Eede benadrukt hoe die gewaarwording van individueel falen altijd maatschappelijk verankerd is: “We zijn zo hyperverbonden met alles maar we worden niet bijeengehouden, zegt mijn therapeut.” (The Weiss-effect) Ook in de voorstellingen Salon Secret, The Big Drop-out (2019) en het recente David (2021) tonen ze de inbedding van het individuele probleem – verslaving, depressie – in de maatschappelijke structuren: “Ik kon niet meer. Ik was…/ Ik heb maanden moeten herstellen / en heel de tijd dacht ik, / ik ben een loser, ik kan… waarom lukt het mij niet / maar toen zag ik al die anderen daar liggen in die ziekenzaal / En ik dacht: dit is niet mijn probleem, dit is … toch niet mijn/misschien… het is het systeem dat ziek is, niet? / wij gaan in verzet… / misschien, misschien is onze depressie geen ziekte maar… maar… / Sabotage. (Salon Secret)
Hof van Eede belicht vaak de kwetsbare mens, waardoor hun stukken ook recht naar het hart gaan
Het inkleuren van dat menselijke falen als een daad van verzet gebeurt expliciet in Salon Secret, de voorstelling over een ondergrondse groepering waarin een radicaal, een revolutionair, een naïeve dromer en een neezegger manieren zoeken om de gevestigde orde omver te werpen. Hof van Eede vervalt gelukkig niet in een mak commentaar op al wat schort zonder ook de volgende, moeilijkere stap te zetten, die van de bevraging: “Zitten wij in het systeem, of zit het systeem in ons?”
Hetzelfde gebeurt in The Big Drop-Out
(2019), waarin uiteenlopende personages zich afvragen hoe ze met de klimaatcatastrofe moeten omgaan: “De wereld gaat om zeep, ja? Door een systeem dat zegt: doe iets, doe iets, doe iets! En wij doen niets. En gij zegt tegen ons: doe iets, doe iets, doe iets! Dan vraag ik mij af aan welke kant gij staat.”
De ex-activist plant bomen en tracht in zijn nietsdoen zo weinig mogelijk plaats in te nemen, de schilderes staat daar maar wat “te schilderen”, rouwend om een wereld die verloren is, in de veronderstelling dat ze met wanhoop minder schade aanricht dan met hoop, want hoop doet je belanden in het doe iets doe iets doe iets-denken van het kapitaal. Terwijl de activiste vindt dat er opstand nodig is en de anderen schuldig verzuim verwijt. Als toeschouwer worden je gedachten behoorlijk opgepookt door de waaier aan redeneringen in dit complexe debat, en juist dat zorgt voor verdieping.
Een echt taalfeestje eigenlijk
Wie de moeilijke problemen van onze tijd op een betekenisvolle manier wil tackelen, moet er zich bewust van zijn dat een zorgvuldige formulering belangrijk is. Woorden zijn nooit onschuldig. “Zet het anders op een T-shirt.” Tegenover reductie tot hapklare slogans stellen zij: “Stijl is een oneindige specificiteit.” Naast slimme metaforen zien we in hun teksten een scheppende, aarzelende taal. De partituur bevat het zoeken naar nuance, de haperende gedachten en zinnen die tijdens het uitspreken zelf al hertekend worden. Die voortdurend verschuivende taal en dus oneindige zoektocht naar het juiste woord, resoneert met de algehele verwarring van het leven zelf. Het zoekende zit zowel in de taal als het mensbeeld. “Ja, nee, dan zeg ik iets, en halverwege denk ik weer iets anders / alsof ik niet weet wat ik wil zeggen, terwijl ik weet wat ik …toch? / Of ben ik veel te zelfbewust./ Dan zie ik mij gebaren maken, / dan denk ik: dit ben ik toch niet? / Alsof ik toneel speel.’ (Salon Secret)
© Koen Broos
Uit dit feest van grote woordgevoeligheid – “Kristal – lariks. Fuck dat is een anagram?! (…) Maar de T is te veel. De T van Te veel” (Het Weiss-effect) – ontstaat ook veel humor. Want taal is uitgelezen materiaal voor spielerei: “Woorden hebben altijd een omweg nodig, terwijl muziek rechtstreeks tot u spreekt. Allez ‘spreken’, bij wijze van spreken natuurlijk.” (Paradis)
De zware onderwerpen werpen geen ban op de lach, integendeel. Misschien is die juist vanwege het thematische gewicht nog meer op zijn plaats. Ze bedienen zich van taalhumor en durven in te zetten op slapstick en flauwe woordspelingen of bomen oneindig door op absurditeiten – “stel je voor dat een vrouw drie borsten had”. Daardoor verschijnen het lichte en het zware steeds harmonieus.
Dorstig
Een hof “is natuur met een handtekening. Zelfs al wilt ge nog zo hard dat uw tuin wilde natuur lijkt, ge laat altijd sporen achter. Zorg laat sporen na”, klinkt het in Paradis. Niets ergers dan het voltooide, want kunst werkt maar zolang het ontdekkingen doet. Daarom is het van belang “schuifelende geliefden” te blijven, zoals Hof van Eede dit proces van dynamische verbinding zo treffend en beeldend vat. Zoals Theseus’ schip ogenschijnlijk hetzelfde bleef hoewel de planken in de loop der jaren vervangen werden, evolueerde Hof van Eede evenzeer in het afgelopen decennium. De doorstart onder de nieuwe constellatie van DE HOE is dan ook geen breuk met het verleden maar veeleer een expliciteren van banden die er sowieso al waren. “Verbind u” krijgt nu weliswaar nadrukkelijker intergenerationeel invulling, en de samenwerking biedt ongetwijfeld ook praktisch-operationele voordelen.
In Radio Insomnia (2022), de spin-offvoorstelling van David, verkent DE HOE alvast nieuwe vormen. Het publiek kan kiezen tussen een Vimeo-versie (met beeld dus) of een podcast. Dat alleen luisteren ook een optie is, toont het belang aan van het woord en de verhaalwereld. Origineel is bovendien dat auteurs Willem de Wolf en Wannes Gyselinck in deze podcastreeks een spin-off van een avondvullende voorstelling maken: elke vorm draagt de mogelijke kiem voor het ontstaan van een andere in zich.
DE HOE wil de facetten van theater “dorstig” blijven bevragen, behalve onderzoek van de vorm ook de rol van de acteurs, de vierde wand, de regisseur, de verhalen, etc. belichten. In de eerste aflevering van Radio Insomnia stellen de millennials Carine van Bruggen en Mitch Van Landeghem los te willen komen van het cliché van het “gewone” en geven ze uiting aan hun verlangen naar het barokke drama, de grote verhalen en de verbeelding. Een niet mis te verstane kritiek aan het adres van de titaantjes die hen destijds die mogelijkheid “afgepakt hebben” met hun theater van de fragmentatie: als je alles eindeloos verkruimelt, zo redeneren ze, houd je uiteindelijk niets meer over. Als verzet tegen het neoliberalisme heeft de vorige generatie dat model alleen maar gespiegeld door de dingen zelf te laten versplinteren.
Niets is authentiek, alles blijkt dubieus, verwarrend en complex
Ironisch en paradoxaal is dat deze kritische zinnen geschreven werden door witte zestiger Willem de Wolf, waardoor zelfs de geloofwaardig vertolkte woede van de jongelingen niet spontaan blijkt. Doet de Wolf hier aan zelfkritiek? Is hij hierin wel authentiek? Steeds weer verschuift de camera naar de tekst om te benadrukken dat al wat spontane interactie lijkt, dat allesbehalve is. Niets is authentiek, alles blijkt dubieus, verwarrend en complex. Tegelijk is het geruststellend dat de verbindingen tussen mensen, ideeën en werelden behalve verwarrend, ook eindeloos dynamisch zijn.
Net daar waar de verschillende opvattingen over theater openlijk met elkaar twisten, kan het nieuwe ontvonken. Wrijving baart vragen, confrontatie veroorzaakt debat. Waar het met DE HOE naartoe gaat? De lanterfanters van het prille begin wisten het al: “Met twijfel kunnen we altijd verder.”